Artikelen

Het Parool: De bike hunters van VanMoof gaan altijd met een slijptol op pad

Eigen beeld

Verscheen op 30 juli in Het Parool

Jaarlijks worden duizenden fietsen in de stad gestolen. Fietsenmerk VanMoof bedacht iets tegen diefstal van hun dure stadsfietsen: ze sturen bike hunters op jacht. ‘Je moet sterk in je schoenen staan voor dit werk.’

Het is zomervakantie, maar student scheikunde Idse ­Luirink (22) is volop aan het werk in het kantoor van fietsenmerk VanMoof aan de Mauritskade in Oost. Met zijn collega Indigo Versteeg (25) kijkt hij op zijn laptop naar de kaart van Amsterdam. Tientallen rode stipjes trekken de aandacht: allemaal ­gestolen VanMooffietsen. Als Luirink uitzoomt, verschijnt de kaart van Nederland – met daarop een paar verdwaalde rode stipjes in Utrecht en Gelderland – en vervolgens die van heel Europa. “Roemenië is blijkbaar een hotspot,” zegt Luirink, wijzend naar de tien rode stipjes daar.

Luirink en Versteeg werken als bike hunters. Fietsenmerk VanMoof heeft er over de hele wereld 25 in dienst, in elke vestiging: van Berlijn tot Tokio. Vijf fietsenjagers ­werken vast in Amsterdam. Twee tot drie dagen per week proberen ze gestolen fietsen van het merk terug te vinden. De fietsen, die per stuk gemiddeld tweeduizend euro kosten, hebben namelijk een ingebouwde chip in het frame, die elk halfuur een locatie uitzendt zodra de fiets als gestolen is opgegeven. Soms is die locatie niet helemaal nauwkeurig en moeten de fietsenjagers ter plekke op onderzoek uit.

Angst voor diefstal

VanMoofoprichter Taco Carlier (42) merkte dat veel van zijn vrienden in de stad niet op een elektrische fiets durfden te rijden. “Iedereen was bang dat ie gestolen zou worden,” zegt hij. “Diefstal is de belangrijkste reden waarom mensen wereldwijd geen fiets van hoge kwaliteit aanschaffen.” Vanuit zijn technische achtergrond – Carlier studeerde aan de TU Delft – ontstond het idee om een ­tracker in te bouwen. “Veel mensen geloofden het eerst niet. Maar ik kan me nog de adrenaline herinneren van de eerste bike hunt, op de Leidsegracht. Dat was zo verslavend. Daarna wilde iedereen op kantoor mee.”

Hoe word je fietsenjager? “Ik woon in Oud-West en studeer op Science Park in de Watergraafsmeer,” zegt Luirink. “Ik twijfelde tussen een scooter en een fiets, maar kwam al snel bij een VanMooffiets uit. In de winkel zag ik een vacature voor bike hunter.” Versteeg werkte in de festivalbranche, maar vond dat hij toch te veel tijd op kantoor doorbracht. “De fietsen van VanMoof vond ik heel nice, en de baan paste bij wat ik wilde: minder op kantoor zitten.”

Gouden gebied

Als Luirink van en naar college fietst, zoekt hij soms onderweg nog een gestolen fiets op. “Dan ga ik langs en ben ik een halfuurtje later weer klaar.” Versteeg is zelfs naar het buitenland geweest om fietsen op te sporen. “We reden naar Essen in Duitsland, maar op een gegeven moment zond de chip niets meer uit,” zegt hij. In Essen stond op de aangegeven locatie een blauwe container. Toen ze die openden, was er geen fiets te bekennen. Wel zond de gestolen fiets opeens een signaal uit in Antwerpen. “Het was snel overleggen met het hoofdkantoor: wat gaan we doen?” Versteeg mocht op kosten van de zaak naar België rijden en een hotelovernachting boeken. Met de lokale politie heeft hij de hele nacht gezocht naar de fiets in de Antwerpse haven. “Dat was best spannend, maar voor dit werk moet je sterk in je schoenen staan en niet zomaar nee accepteren.”

Helaas keerde hij toch onverrichter zake terug naar Amsterdam. Toch is Versteegs avontuur niet voor niets geweest: de bike hunters filmen alles wat ze doen, onder andere voor de socialemediakanalen van VanMoof. “Als we niet op jacht zijn, doen we ook onderzoek naar de fietsen die het interessantst zijn om terug te vinden.”

Carlier vertelt dat er twee soorten hunts zijn. Bij de eerste soort zoeken de fietsenjagers naar gestolen fietsen in de stad. In principe biedt VanMoof voor elke fiets een ‘terugvind­garantie’ binnen twee weken na diefstal. Per maand worden er wereldwijd vijf tot twintig ­VanMoof-­fietsen gestolen. Zeventig procent daarvan wordt binnen die twee weken teruggevonden. Als die twee weken niet gehaald worden, krijgt de eigenaar een nieuw exemplaar.

Bij de tweede soort zoeken hunters de interessantste verhalen op. “Dat is niet rendabel,” zegt Carlier. “Sterker nog: vaak nemen ze die fietsen niet eens mee terug. Maar zo zetten ze wel het thema van fietsdiefstal op de kaart.” En ergens is het ook wel een investering, hoopt hij. “Uiteindelijk zien fietsendieven dat en zullen ze wel uitkijken om een VanMoof te stelen.”

Twee jaar geleden ging een bike hunter naar Casablanca in Marokko, tegen het advies van de lokale politie in. De fiets bleef in eerste instantie spoorloos, maar zond een jaar later alsnog een signaal uit. Dat leidde tot de ontdekking van een heel warenhuis vol gestolen fietsen.

Soms wordt er een cold case heropend, zoals vandaag. De fiets die Versteeg en Luirink zoeken werd in ­januari al als gestolen opgegeven en zond een halfjaar geen signaal uit – tot deze week. De jagers gaan op pad in het centrum van Amsterdam. “Dat is altijd een gouden ­gebied, waar we veel fietsen terugvinden,” zegt Luirink. “Vaak vinden we een fiets op maar tweehonderd meter afstand van de plek waar hij geparkeerd stond. Dan probeerde iemand hem te stelen, maar is dat niet gelukt.”

Vondst vol stickers

Ergens bij de Spiegelgracht moet hij staan. Bescheiden wolken hebben plaatsgemaakt voor een onverbiddelijke plensbui. “Dat is ook deel van het werk, soms uren door de regen fietsen en niets vinden,” zegt Versteeg. De mannen gaan goed voorbereid op pad: ze hebben een tracker mee, die afgaat als de fiets zich binnen vijftien meter bevindt. Ook nemen ze een slijptol mee, want gestolen fietsen gaan terug naar het hoofdkantoor in Oost.

Bike hunters hebben een zesde zintuig ontwikkeld voor gestolen fietsen, zegt Versteeg: “Als er een ander slot om de fiets heen zit of er slecht mee is omgegaan, valt zo’n fiets op.” Vandaag sorteert dat zesde zintuig ook effect: ze vinden de VanMoof terug in de Fokke Simonszstraat, volgeplakt met stickers. “Dat maakt zo’n fiets verdacht,” zegt Luirink. “Zeker aangezien het achterlicht van gestolen VanMoofs altijd blijft knipperen, en juist dat achterlicht was afgeplakt.”

Ze zijn er zeker van dat het om de juiste fiets gaat wanneer ook de tracker afgaat. Wie denkt aan een indringende sirene, heeft het mis: het geluid dat klinkt is hetzelfde geluid dat je hoort wanneer je een Pokémon vindt op een Nintendospelcomputer.

Versteeg slijpt de fiets los. Dat leidt regelmatig tot verbaasde blikken bij voorbijgangers. “Maar we dragen ­altijd onze VanMoofkleding en leggen het graag uit,” zegt Luirink. “De meesten vinden het dan wel grappig.” Soms bellen de fietsenjagers ook vooraf de politie, zodat die op de hoogte is. Dit keer blijft het bij twee vrouwen die vertwijfeld naar het tafereel staan te kijken, maar toch weg­lopen, en een postbezorger die er wel om kan lachen.

De zoektocht naar de fiets die al een halfjaar geleden gestolen was, heeft slechts vijftien minuten geduurd. Met de ene hand op het eigen stuur en de bestickerde fiets aan de ­andere hand gaan de mannen terug naar kantoor, blij met hun vangst. “Lekker, ouwe,” zegt de een tegen de ander.

De dag is nog niet voorbij: de volgende gestolen fiets staat te wachten in De Pijp.

Speel niet voor eigen rechter, zegt politie

De bike hunters van VanMoof hebben nauw contact met de politie. “Je kunt niet zomaar iemands tuin betreden als we daar een gestolen fiets vinden,” zegt Indigo Versteeg. Dan schakelt hij de politie in. Een woordvoerder van de politie Amsterdam laat weten dat mensen niet voor eigen rechter moeten spelen als ze hun gestolen fiets terugvinden: je kunt wel mensen confronteren, maar direct terugstelen of in beslag nemen is een strafbaar feit. Eerst moet de politie worden ingeschakeld bij de vondst van een gestolen fiets, daarna beslist de officier van justitie of de fiets teruggaat naar de eigenaar. Een fiets die te goeder trouw is gekocht bij een legitieme fietsenmaker is iemands eigendom, ook al is de fiets eerder gestolen.

VanMoofoprichter Taco Carlier bevestigt dat het juridisch een ‘lastig verhaal’ is. “Meestal bellen we de politie als we naar een gestolen fiets toe gaan,” zegt hij. “Maar in Amsterdam hebben we dat al zo vaak gedaan, dat de politie zegt: neem maar mee.” Volgens de Rekenkamer Amsterdam worden in deze stad zo’n zeventig fietsen per dag gestolen. Niet veel daarvan worden terug­gevonden. Of een aangifte in behandeling wordt genomen, hangt volgens de politie af van de opsporingsindicatie – die is hoog als de locatie van de fiets bijvoorbeeld bekend is of als het gaat om een roof waarbij iemand gewond is geraakt.

Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.[paytium name=”Eenmalige donatie Tahrim Ramdjan” description=”Eenmalige donatie Tahrim Ramdjan”] [paytium_dropdown label=”Ik doneer” options=”1,50/5/10/25/100/250″ options_are_amounts=”true” /] [paytium_total label=”Mijn gekozen donatie” /] [/paytium]

Ga naar: andere artikelen | over mij | contact | home